De juiste plant op de juiste plaats

Papaver nudicaule

Het is zo’n beetje het meest moeilijke en tegelijk meest intrigerende onderdeel van het tuinieren. Vindt de juiste plek voor de juiste plant. Soms voelt het echt als een ruimtelijke puzzel. Er moet gelet worden op de juiste grond, de juiste standplaats, lichtbehoefte, vorm en hoogte, bloeitijd en een mooie combinatie met buurplanten.

rond de stapsteen

Veronica longifolia 'Pink Damask'

Tropaeolum majus en Calendula officinalis

Anthemis tinctoria

 

 

 

 

 

Vaak, bij mij althans toch, is dat laatste het startschot, waarbij ik mij dan meermaals in gedachten in allerlei bochten wring, om toch bij die zonnige plek redelijk wat schaduw te denken, of die natte grond valt toch eigenlijk reuze mee, die buurplant wordt toch niet zo heel erg groot, … en meer van dat soort gedachtenkronkels. Het lijkt ook wel of ik steevast combinaties bedenk met planten die eigenlijk, volgens de regels van het tuinieren, niet zo direct bij elkaar horen. De IJslandse Papaver (Papaver nudicaule) dacht ik aanvankelijk in de schaduw tussen de varens te zetten. Een heel zakje zaad heb ik eraan opgespendeerd, zonder ook maar één IJslandse papaver te zien opkomen. Bij mijn laatste kwekerijbezoek, stond ik plots oog in oog met de mooie gele bloemen. Ik heb mijn geluk dan toch nog maar eens beproefd en er nu twee in de zon gezet.

Echinacea pallidaScutellaria altissimaScutellaria altissima 2Ook de donkerbladige Zilverkaars Cimicifuga ramosa ‘Atropurpurea’ leek mij prachtig te staan bij Molinia, Stipa en Echinacea. Ik had nochthans beter kunnen weten, want jaren eerder al had ik een groenbladige Zilverkaars van de nipte dood gered door hem naar een schaduwplek te verhuizen, waar hij nu overigens nog welig tiert. De donkerbladige Zilverkaars houdt ik momenteel met kunst en vliegwerk overeind, maar het blijft een triestige bedoening. Hij komt niet eens boven de Stipa en Echinacea uit, dus veel plezier van die zogedacht mooie combinatie heb ik er niet van.

Lychnis coronaria 'Alba'Allium giganteum en Tanacetum partheniumSilene vulgarisNu pas heb ik nog zo’n krachttoer uitgehaald, door een Deschampsia en Lychnis coronaria ‘Alba’  samen op een redelijk droge plek te zetten waar ook een deel van de dag schaduw valt. Het valt nog te bezien hoe die twee zich standhouden.

Maar eigenlijk moet ik bekennen dat die ‘allround’ juiste plek toch van wezenlijk belang is en uiteindelijk ook heel wat meer plezier oplevert. Soms zit het verschil zelfs in een klein hoekje. Zo kan het simpelweg omwisselen van planten of het gebruik maken van een natuurlijke glooiing in de border al zorgen dat een plant natter of droger, zonniger of minder zonnig staat. Zo staat Kniphofia ‘Green Jade’ nu op een lichte verhoging met lagere buurplanten, aan de schaduwzijde geflankeerd door Roomse Kervel (Myrrhis odorata) waarachter in een licht beschaduwd dalletje Trollius ‘Lemon Queen’ naast Carex elata ‘Aurea’. Ik ben benieuwd of dit zijn vruchten af gaat werpen.

Aquilegia en Stipa tenuissimaSommige planten maken het je gemakkelijk door zelf aan te geven waar ze graag willen staan. Stipa tenuissima zaait zich steevast uit in een zonnig gelegen verhoogde plantenbak. Dat laat weinig te raden over, omtrent de wensen van dit siergras. Van zijn grotere broer Stipa barbata had ik drie exemplaren gekocht en op drie verschillende plekken in de border gezet. Het eerste jaar was eentje verdwenen, de tweede leek niet echt veel te groeien en de derde stond in bloei. Ondanks de mooie combinatie die ik met nr. 2  voor ogen had heb ik hem toch maar bij de andere gezet. En nu wuiven beiden hun halmen in de wind.

De beste boodschap is toch, probeer niet koste wat kost iets overeind te houden als de plant aangeeft dat hij het niet naar zijn zin heeft. De grond kun je niet veranderen, wel de juiste plant op de juiste plaats. Oftewel die Zilverkaars gaat verhuizen.

Stipa barbata

 

Helemaal verkeerd, maar oh zo leuk

Geum rivale2Waar zal ik eens beginnen? Er is zoveel gebeurd sinds de laatste radiostilte. Het sneeuwlandschap van in maart is al lang weer verdwenen, de composthoop is boordevol (er ligt zelfs tijdelijk een tweede hoop te wachten totdat er meer plaats is) en de tuin is als herboren. De stilte op Zomerstraat betekende geenszins stilte in de tuin. sieruiIeder vrij moment werd aangegrepen om de tuin rigoreus op te schonen. En zowaar twee weken terug bereikte ik de eindstreep van het grootste border gedeelte in het midden van de tuin. Een ware aanslag op de spieren, maar mijn nieuwe spitvork heeft de test in ieder geval goed doorstaan. Alleen jammer dat de rest van de tuin niet wacht tot ik klaar ben. De regen van de afgelopen weken doet alles weer even hard groeien. Vooral de heermoes rukt massaal op, maar goed, ik heb nu gelezen dat je daar gier van kunt maken, wat je weer als vloeibare mest kunt gebruiken in de tuin. Die wordt dus tijdelijk even geparkeerd voor dit doel.

Wat is er verder allemaal gebeurd in de tuin: de kriekenboom heeft al gebloeid. Het is altijd van korte duur, maar oh zo idyllisch. seringOok heb ik hem dit voorjaar flink gesnoeid. Het is een oude laagstam boom die lange tijd verwaarloosd is. Zijn takken groeien kriskras door elkaar en ook in onmogelijke bochten. Ik ben begonnen met al het dode hout eruit te snoeien en daarna alle takken die terug naar binnen groeiden, wat er heel wat waren. Het resultaat is een veel meer open kroon waar licht en lucht doorheen kan. Het zal afwachten worden wat dat betekent voor de opbrengst dit jaar. Vorig jaar heb ik zo goed als niets gehad, maar gelukkig staan er nog ingemaakte krieken van het jaar daarvoor in de kast. De sering heeft nu het bloei-stokje overgenomen. Er zijn wel eens jaren dat ze tegelijk bloeien, maar dit jaar duidelijk niet. De lucht rond de struik is dan echt bezwangerd van de geur, best zwaar, maar wel lekker. Geranium phaeum 'Mourning Widow'

Een andere seringenstruik, achteraan in de tuin, heeft het dan weer begeven. De reden is vooralsnog onduidelijk. In het najaar dacht ik al hier en daar wat bruine blaadjes te hebben gezien, maar vermoede dat het de droogte was of de felle zonnebrand. Maar nu in het voorjaar is hij niet meer uitgelopen. Ik heb vandaag wat takken doorgezaagd om te kijken of er mogelijk sprake is van Verticillium, je weet wel de gevreesde verwelkingsziekte, maar het lijkt er niet op. Ik heb op het tuinforum eens naar hun mening gevraagd. Ik moet wel bekennen dat ik al heel snel aan een plaatsvervanger moest denken, en wel de geliefde Acer griseum. Als er namelijk een stuk grond in de tuin is die goed luchtig en humeus is, dan is het wel daar achter in de tuin. Maar goed eerst maar eens even afwachten hoe dit zich evolueert, alvorens ik ga dromen.

Iets anders dan: de schoonmaak van de border. Anthriscus sylvestris 'Ravenswing'Ik ben ondertussen heel handig geworden in hoe dit aan te pakken. Drie emmertjes bij de hand, waarvan één gevuld met een bodempje water. Verder de spitvork, de spade, de onkruidsteker, de hark en de kruiwagen onder handbereik. Met de spitvork ga je de ongewenste pollen te lijf. Als het echt te gortig wordt quasi wortels die door elkaar groeien, verdeel je de plakaten eerst in hapklare brokken met de spade. En dan is het pol voor pol liften, zo veel mogelijk grond eraf kloppen en dan gaan schiften: de wortelonkruiden, zoals kweekgras gaan in emmertje 1, overige ongewensten die op de composthoop mogen gaan in emmertje 2, en de gewensten worden netjes vrijgemaakt en opzijgezet in emmertje 3 met het bodempje water. Zo ga je verder totdat je een flink stuk hebt vrijgemaakt en emmertje 3 als het goed is overbevolkt begint te raken. Inmiddels heb je dan ook wat overzicht op wat er nog staat en waar lege plekken zijn gekomen. akelei

Eerst verdeel je een flinke lading compost over het schoongemaakte deel, dan egaliseren. Met de winst uit emmertje 3 bekijk je hoe je de vrijgekomen plekken opnieuw wilt indelen en dan begint het ritueel weer van voren af aan. Terwijl je bezig bent denk je steeds dat het een kaalslag wordt, maar als daarna weer alles is uitgezet valt dat heel erg mee. Trouwens met lege plekken hebben we ook geen probleem, niets zo lekker als tijdens het werken in de tuin bedenken wat je nog zou willen toevoegen. En als je niet oplet worden de lege plekken vanzelf weer ingenomen. Op het stuk waar ik begonnen ben zie ik nu bijv. alweer flinke bossen Rucola staan. Ook het komkommerkruid is zoiets  dat zich heel gemakkelijk zaait en bij vrijgemaakte grond zijn kans schoon ziet om te ontkiemen.

bekervarensDaarnaast had ik natuurlijk een paar maanden terug mijn zaaibakjes goed gevuld. Zo stonden er inmiddels hele rijen plantjes klaar om uitgezet te worden: o.a. oost-indische kers, goudsbloemen (jaja, de eerste voorzichtige oranje zaaiing), pronkerwt, avondviolier en nachtphlox voor de lekkere geur, cosmos, lobelia, Rhodochiton (de klimplant met mooie chocoladekleurige bloemen), Zinnia ‘Green Envy’, meelsalie (Salvia farinacea: diegene met de paarse stengels) en chilipeper voor in de moestuin.

De moestuin ambities reiken namelijk hoger dan ooit. Ik had al 1 m2 moestuin bak (volledig gevuld met warmoes). Vorig najaar is daar een tweede bak bijgekomen, waar de knoflooktenen de grond in gingen en dit voorjaar is er nog een derde bak bij gekomen. Geum rivale1Alles is min of meer aangewakkerd door een speciale uitgave van het Groei & Bloei tijdschrift over moestuinieren en het boek “Je eigen groentetuin op 1 m2” van Anne-Marie Nageleisen, die ik binnenkort eens zal toevoegen in de boekenlijst. Dit jaar staan er dus voor het eerst drie moestuinbakken netjes op een rij en ze zijn ook al allemaal gevuld. Overigens niet helemaal, of beter gezegd “helemaal niet”, volgens de regels van de kunst. Het m2 tuinieren gebeurt namelijk in vakken volgens het rotatiesysteem, waarbij verschillende botanische families en plantensoorten (blad, wortel, vrucht of bloem) naast elkaar komen te liggen. Het idee is dat de afwisseling tussen de vakken onderling ervoor zorgt dat ziektes minder een kansmoestuin krijgen en dat de grond niet uitgeput wordt door eenzijdige beplanting. Mijn vakken zijn dus helemaal verkeerd, maar het is oh zo leuk om je er mee bezig te houden. In bak 1 staat knoflook, rode ui, lente-ui (foute boel, want allemaal lid van de familie Alliaceae) en radijs (weliswaar andere familie, maar dan wel weer een wortelgewas). In bak 2 staat rode biet, warmoes (daar gaar het weer mis want beiden behoren tot de Chenopodiaceae), radijs en peterselie. In bak 3 staat courgette, tomaat en prinsessenboontjes. Weliswaar drie verschillende families, maar drie keer een vruchtgewas en dan ook nog eens drie tomaten naast elkaar.

Hoe het ook zij, mijn hart klopt vol verwachting naar de vorderingen. Het warmoes succes van vorig jaar, doet in ieder geval veel beloven.

Radiostilte

Het tuinseizoen is officieel geopend, de minikastjes zijn weer bovengehaald, de eerste zaden zitten alweer in de grond en … de spitvork heeft het wederom begeven. De radiostilte op Zomerstraat betekende ditmaal “werken in de tuin”. Het was zomaar een kleine week lang mooi weer en daar heb ik gebruik van gemaakt. Vier dagen aan een stuk met de handen in de aarde: die poezelige winterhandjes veranderen snel in ruwe werkershanden. Het begon met de composthoop leeg te halen. Die was namelijk boordevol dus voordat er nieuw materiaal bij kon, moest er eerst plek worden gemaakt. Het onderste verteerde materiaal eruit en de rest goed mixen en met kalk bestrooien, dat werkt als compostversneller. Het grootste deel van de verteerde compost heeft een plek gekregen in de voortuin, ter plaatse van de nieuw te planten boom (later meer daarover). De rest ligt even opzij en wordt in de border uitgestrooid, zodra het oude plantenmateriaal afgeknipt en weggehaald is. Het blijft een soort doorschuifsysteem: oud materiaal eruit en op de composthoop > verse compost erweer in.

voorjaarsopruiming

Meestal begin ik met de tuinschoonmaak, bij de border achterin, met als gevolg dat dáár ieder jaar het grootste deel van de compost belandt. Dit jaar heb ik het eens omgedraaid. Ik ben nu aan het middenstuk begonnen. Dat was ook het stuk waar ik vorig jaar nauwelijks aan toegekomen ben quasi onkruid verwijderen. En dat liet zich goed merken…, met als gevolg dat ik nu de trotse eigenaar ben van zo’n stevige glimmende spitvork in RVS. Op sommige stukken was het een ware ravage, enorme plakkaten kweekgras, met daardoorheen pollen Marjolein en de worteluitlopers van Munt. Korte metten heb ik ermee gemaakt, geen barmhartigheid maar de hele boel eruit. Ergens is dat ook wel nodig, zeker met het kweekgras, want ieder worteltje dat blijft zitten wordt al snel weer een hele pol. Met munt is dat niet zo erg (dat eten we gewoon lekker op of stoppen we in de thee), maar met kweekgras…als de wortels zich door de andere planten heen gaan vlechten is er geen ontkomen meer aan en moet de hele boel eruit. Dus werd, stukje bij beetje, pol voor pol gelift, alle bieslook eruit gefilterd (want die wil ik wel nog hebben) en opzij gezet om later weer uit te planten.

Na vier dagen werk is zo’n beetje een kwart van het middenstuk opgeschoond. Nog een heel stuk te gaan dus, maar inmiddels ziet het er buiten helemaal anders uit. Vanochtend trof ik dit berglandschap aan. Het wordt dus nog even een weekje of wat wachten voor we weer verder kunnen doen. Kan ik mooi die ruwe handen even laten bekomen.

sneeuwlandschap

Diamanten en kristallen

Vanochtend was het een en al getik en gedrup in de tuin. Het regende onder de berk en dat tesamen met het getwierelier van de vogels bracht het geluid van de lente. En dat terwijl de temperaturen nog niet eens zo gek veel hoger liggen, maar een zonnetje en een blauwe lucht met vliegtuigen die strepen trekken doet wonderen. Tijd voor een rondje langs diamanten en kristallen.

macleaya en rudbeckia

Molinia

Pennisetum

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SanguisorbaCalamagrostis

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Agastachechasmanthium

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Pennisetum en chasmanthium

Venkel en Stipa

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Chaos en geurend genot

chaos

geurend genot

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dat is wat er onder de smeltende sneeuwlaag tevoorschijn is gekomen. Ja serieus, de chaos is zelfs zo groot dat sommige foto’s niet door de selectieronde heen zijn gekomen. Dus voor iemand wiens tuin toch al weinig tot geen orde kent, betekent dat wel wat. Ergens wist ik al wel dat het eraan zat te komen. Vorig jaar waren er al hele tuindelen waar ik met de schoffel en het emmertje niet aan toe ben gekomen. Anderzijds laten de delen waar ik dan wel volgens AnneTannes methode regelmatig onkruid heb verwijderd hun sporen goed na. En…gelukkig is er tussen al die chaos ook nog goed nieuws te vinden. Zo ligt het Kamille veldje er in volle glorie bij. De gele kamille (Anthemis tinctoria) heeft vorig jaar al goed zijn best gedaan. Aan de voet van de plant zit nu een flinke bos nieuw blad. De echte kamille (Matricaria recutita) die vorige jaar pas laat op gang kwam, maar nog wel gebloeid heeft, gaat er dit jaar zo te zien vroeg aan beginnen.

tijm

heiligenbloem

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Maar er is nog meer goed nieuws, de heiligenbloem (Santolina pinnata subsp. neapolitana ‘Edward Bowles’) is heelhuids de winter doorgekomen. Dit is één van die mediterrane planten die vaak moeite heeft met teveel nattigheid in de winter. Ik ben hem al regelmatig kwijtgeraakt. Dit keer had ik hem in de nazomer nog een flinke knipbeurt gegeven waardoor hij nog goed nieuw blad heeft gemaakt en zodoende met een dikke jas de winter inging. Ook de tijm (Thymus pulegioides ‘Tabor’) lijkt zich niets aangetrokken te hebben van kou en nattigheid. Het ziet er zelfs uit alsof hij nog een groeispurt heeft gehad onder die sneeuwdeken. Ik herinner me niet dat hij, een maand of wat geleden, er zo florissant bij lag.

salie en kerrieplant

angel's fishingrod

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ook de kerrieplant (Helichrysum italicum) heeft de winter overleeft, al ga ik hem dit jaar ook eens dezelfde behandeling geven als de heiligenbloem. Hij ziet er een beetje ‘leggy’ uit zoals de Engelsen dat zo mooi kunnen verwoorden. Lange sprieten met op het einde nieuw blad, maar in het hart wat kaal. Met wat extra zorg en knippen, krijg ik dat hopenlijk wel weer in orde. De Lavendelsalie (Salvia lavandulifolia) daarentegen is vol en bossig. Een snelle blik in mijn archieven leert dat de rollen vorig jaar omgedraaid waren. Hoe het ook zij, de twee vormen een heerlijk geurend en grijzig koppel. En, wonder boven wonder, Angel’s fishing rod (Dierama pulcherrimum) ziet er groen en gezond uit. En dat terwijl ik hem niet eens ingepakt heb dit jaar. Zo zie je maar, je kunt blijkbaar ook teveel bescherming geven.

Terwijl momenteel een hagelbui neerpletst verheug ik me in ieder geval al op de eerstvolgende zonnestraal, want er is veel te doen in de tuin…héél veel.

Tekens in het wit

Voordat je denkt dat dit een zwart-wit blog is geworden … nee hoor, het heeft gewoon gesneeuwd!

vedergras

vingerhoedskruid

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het is er dan toch van gekomen. Na weken van regen, regen en nog eens regen was het even droog… en toen plots op een avond, was daar de sneeuw. Die vleit zich altijd geruisloos neer, waardoor je het pas in de gaten hebt als er al een aardig dekentje ligt. Het ziet er ook naar uit dat we wel voor even vertrokken zijn met de wittigheid daarbuiten. Een week of wat geleden had ik nog de stille hoop om eens een lekker dagje in de tuin te gaan werken. Met een temperatuur van 8 à 10 ° en het zonnetje erbij, hoorde dat zeker tot de mogelijkheden. Als je niet oppast zou je bijna aan de voorjaarsopruiming beginnen, maar goed dat ik dat nog niet gedaan heb.

knoflook

Vanochtend was het sneeuwpakket nog eens verdriedubbeld, een mooi moment om eens wat voetsporen te trekken in die ongenaakbare witheid. De planten, of wat daarvan te zien is, tekenen zich af als sierlijke lijnen op een leeg blad papier. De rijtjes knoflook lijken welhaast een oefening in kalligrafie. De donkere sporen van de bekervaren staan als stevig kwaststreken rechtop en ook de gele kamille toont zijn ronde zwarte bloemhoofdjes als inktspetters in de sneeuw. Mijn voetsporen zullen waarschijnlijk snel weer uitgewist worden en dan genieten we gewoon nog even verder van die ongenaakbare wittigheid daarbuiten.

bekervarengele kamille

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Winterse dingen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De winter staat weer voor de deur, daarmee is het werken in de tuin tot het “spreekwoordelijke” vriespunt gezakt. Afgelopen week heb ik me nog met wat laatste winterse dingen beziggehouden, zoals het overtollige blad van de oprit halen, voordat het tot een dikke gladde koek wordt platgewalst. De regenton is weer geleegd en de zadenbollen zijn weer opgehangen. Een aantal tuinklusjes hebben de eindspurt niet meer gehaald. De Ligusterhaag is tot halfweg geknipt en bij de composthoop ligt nog een stapel snoeihout te wachten om verwerkt te worden. Met kou en nattigheid in de lucht is het niet zo aanlokkelijk om daar aan te beginnen. Maar wie weet zijn de weergoden ons nog gunstig gezind op wat mooie pre-winterse dagen.

Iets wat wel nog op mijn verlanglijstje staat is een bezoekje aan een plaatselijke bijzondere boomkwekerij. Ik hoop deze winter nog te kunnen bezegelen met een mooie nieuwe boom in de voortuin. Dat lijkt me alvast een fantastisch vooruitzicht naar de lente met ontwakende blaadjes aan nieuw boomgeluk.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Therapeutisch tuinieren

We weten natuurlijk allang dat voor de tuinliefhebber het tuinieren een ontspannende bezigheid is. Het verzet de zinnen … en de spieren. Maar je kunt ook therapeutisch tuinieren als weldaad voor de planten. Groenbemesters zijn daar een bekend voorbeeld van. Ze brengen extra organisch materiaal (en in sommige gevallen stikstof) in de grond en ze verbeteren de bodemstructuur. Zo kun je o.a. Phacelia, Mosterdzaad, Klaver en Lupine gebruiken. Het hoeven echter niet alleen de groenbemesters te zijn aan wie deze mooie taak van weldoener is toebedeeld. Zo ontdekte ik laatst bij het onder handen nemen van een ‘enigszins overwoekerd’ stukje tuin een legio aan voordelen.

Rond mijn esdoorn (degene waar Verticilium was toegeslagen) had ik vorig jaar een eilandje van Phacelia gezaaid. Het eilandje was inmiddels flink uit de kluiten gewassen en huisvestte nog heel wat ander leuk spul, zoals Dropplant, Rucola, Vingerhoedskruid, Verbena hastata, Marjolein, Vergeet-me-nietjes, Galega en Judaspenning. Aangezien de Esdoorn er al weer wat beter begon uit te zien, had ik besloten hem terug eens wat meer vrijheid te geven. Bij het uitdoen van de planten werd ik blij verrast door de grond die tevoorschijn kwam. In tegenstelling tot de harde, vaste grond van voorheen, zag ik nu een rulle, losse grond, die welhaast de structuur had van een bosgrond. Hoewel het een tijdje al niet geregend had, voelde de grond ook vochtig aan. Daarnaast krioelde het er van de beestjes: wormpjes, kevertjes, spinnetjes, lieveheersbeestjes. Die vinden natuurlijk tussen al dat groen hun voedsel en een veilig onderkomen en zorgen er in de tussentijd voor dat afgestorven plantenresten langzaam maar zeker de grond ingewerkt worden. En waar wormpjes kruipen … worden tunnels gemaakt, en tunnels brengen zuurstof in de grond. Zo ook de wortels van sommige planten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik had geen idee van de witte vlezige wortels van Galega. Idem met de knollen aan de wortels van de Judaspenning (al had ik het wel kunnen bedenken, dat deze tweejarige ondergronds een voedselopslagsysteem zou hebben). Kun je voorstellen wat voor heerlijke holle ruimte deze wortels achterlaten in de grond. Nu nog een flinke laag compost erop en vooral de grond niet betreden. Inmiddels, een paar weken verder, zie ik dat de Rucola zich goed heeft uitgezaaid. Binnenkort gaat ook dat andere therapeutische eilandje in de voortuin op de schop.