Het is oogsttijd, en niet alleen omdat om de paar dagen een handvol kerstomaatjes rijp zijn. Nee, vandaag tijdens het gebruikelijke dagje onkruid wieden overviel het me: de tuin begint zo langzamerhand vorm te krijgen. Alles begint dan toch uiteindelijk een respectabel volume te krijgen. Als je vanuit het niets (of dan toch bijna niets) een tuin begint te creëren, moet je vooral veel geduld hebben. Jaar in jaar uit is het een kwestie van graven, zaaien, wieden, planten, kijken, terug graven, wieden en nog wat zaaien en planten. Een tuin moet letterlijk (en figuurlijk) groeien. Soms ben je vol vreugde over een eerste bloemknop, een geslaagde combinatie, of simpelweg een stukje grond wat van onkruid is ontdaan. Maar vaak ben je ook ongeduldig: het groeit niet hard genoeg, zoveel geplant en nog steeds zo kaal, of die fantastische plant die het heeft begeven. Ja, veel geduld is de boodschap. Maar vandaag, zo vanaf hurkhoogte keek ik om me heen en zag ik dat het tijd was om te oogsten. Dus niet getreurd voor diegenen die nog in het beginstadium van tuinaanleg zitten, want er komt een moment dat je de vruchten kunt plukken van alles wat je erin gestopt hebt. Op zo’n moment lijkt het ook of de tuin het als het ware van je overneemt. Niet in negatieve zin bedoel ik dan, maar eerder alsof alles opeens een stuk gemakkelijker gaat. Waar je eerst zelf heel veel moeite moet doen om er iets van te maken, helpt de tuin opeens een handje mee. Die kale ruimte voor de bank is opeens volgegroeid haast zonder dat je er erg in hebt. De wingerd heeft wel heel snel het hokje in de tuin beklommen. De pruikenboom lijkt plots een vlucht genomen te hebben en waar de Duizendknoop (Persicaria amplexicaulis ‘Alba’) vorig jaar nog slechts een ielig plantje was is hij nu opeens tot volle wasdom gekomen.Of zoals bijv. de sierkooltjes die ik vorig jaar eind van de zomer van een vriendin kreeg. Ik heb ze toen een plekje gegeven in de tuin, waar het nog leeg was, zonder er veel bij na te denken. Sierkooltjes zijn echt een herfst / winter aanwinst. Ik las ook op internet dat je ze in het voorjaar meestal weg kunt halen, omdat ze dan veelal op zijn of beginnen rotten. Maar zie hier, ze staan opeens wonderwel op hun plek tussen al dat groen en die streepjes paars van de dropplant (Agastache foeniculum).
Zelfs de vrijwel horizontaal hangende stengels van Rudbeckia nitida (door de regen en wind bezweken) deren me niet en maken het plaatje compleet.En als kers op de taart blijkt dat dit jaar voor het eerst ook mijn Honingboom (Sophora japonica), die 5 jaar geleden geplant is, gaat bloeien. Deze boom bloeit pas vanaf een leeftijd van 10 à 15 jaar. Dat moment is blijkbaar aangebroken, ofwel keek hij eens om zich heen en vond hij ook wel dat de tijd (lees tuin) er rijp voor was. Laat de oogstmaand maar beginnen.